Printversie

FVIB n.a.v. zaak Vandereycken: "Transparantie tuchtprocedures prioritair"

  • FVIB-Commissie Deontologie als evaluator tuchtprocedures

“Ik begrijp dat heel wat patiënten zich vandaag misschien in de kou voelen staan als zij een klacht tegen een zorgverlener indienen”, zegt Jan Sap, secretaris-generaal van de Federatie Vrije Beroepen (FVIB) in een reactie naar aanleiding van de zaak Vandereyken. “Maar die onduidelijkheid geldt evengoed voor de beroepsbeoefenaars. Ook voor hen zijn de tuchtprocedures onduidelijk, of ze nu zelf voorwerp zijn van een klacht of een klacht tegen een collega hebben ingediend." Voor FVIB moeten eerst en vooral de tuchtprocedures transparanter worden. Volgens FVIB moet het debat bovendien veel breder gevoerd worden. “Tuchtprocedures en deontologie zijn van toepassing voor zowat alle vrije beroepen, zoals bijvoorbeeld advocaten, notarissen of economische beroepen.” Voor de Federatie is een harmonisering van de tuchtprocedures dan ook een belangrijke prioriteit. Ze doet dit in de FVIB-Commissie Deontologie.

Idealiter zou er een uniforme procedure moeten komen voor alle Ordes en Instituten. FVIB pleit al langer voor meer transparantie van en rechtszekerheid bij tuchtprocedures binnen Ordes en Instituten.  In een recent opgerichte Commissie Deontologie onderzoekt en evalueert FVIB daarom samen met experten de diverse tuchtprocedures – die verschillen van beroep tot beroep – om er eenheid in te brengen, met respect voor het beroepsgeheim en de privacy van zowel de patiënt/cliënt als beroepsbeoefenaar.

Meer info: Sanderijn Vanleenhove, woordvoerster
0479 44 50 78 of sanderijn.vanleenhove@unizo.be