Printversie

Beweging bij de aanpak van behandeling van obesitas: kinesitherapeuten zijn klaar voor actie.

In de pers verscheen gisteren het bericht dat bijna de helft van de Belgen een te hoge BMI heeft, maar slechts één vierde wil ook echt vermageren, zo blijkt uit het eerste rapport van de voedselconsumptiepeiling (De Standaard). Uit onderzoek van het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid blijkt dat 12% van de kinderen onder 18 jaar aan overgewicht lijdt en 5% lijdt zelfs aan obesitas (VRT). Deze gegevens noopt tot interventie in onze maatschappij. Echter ligt de focus van deze interventies heel vaak enkel op voeding en dieet, terwijl inspanning en fysieke activiteit in de behandeling van obesitas een niet te onderschatten impact heeft, ook op andere aspecten van gezondheid dan alleen vetmassa, en meer belang verdient.

Uit het Eurobarometer rapport van 2014 (Europese Commissie) blijkt immers dat slechts 9% van de Europese bevolking op regelmatige basis beweegt, en dat 60% nooit of zelden beweegt. Tal van studies hebben echter al laten zien dat een te lage fysieke activiteit aanleiding geeft tot ontwikkeling van overgewicht en obesitas. Enkel wijzen op een gezonde voeding ter preventie en behandeling van obesitas leidt dus tot een suboptimale aanpak en verdient flankering van bewegingsprogramma’s.

Op lange termijn (interventie van 1 jaar) zal de grootste vetmassa daling gegenereerd worden wanneer dieet en beweging gecombineerd worden bij volwassen obese personen: 0.82 kg/week, in vergelijking met 0.46 kg/week ten gevolge van dieet alleen of 0.32 kg/week ten gevolge van beweging alleen (1). Bij obese kinderen en adolescenten worden dezelfde resultaten opgetekend (2). Het is dus belangrijk combinatietherapieën bij de behandeling van obesitas te installeren in een multidisciplinaire context (samenwerking tussen huisarts of specialist, diëtist, psycholoog, kinesitherapeut). De aanvulling van een bewegingsprogramma aan een dieet leidt bovendien ook tot grotere daling van buik vetmassa, preventie van spiermassaverlies, en sterkere verbetering van cholesterol profiel, bloeddruk, bloedsuiker controle, in vergelijking met dieet alleen (3,4). Daarnaast is de piek fysieke fitheid alleen vatbaar voor verbetering indien men regelmatig beweegt: dit komt de levensduur ten goede (er is een veel kleinere kans op vroegtijdig overlijden in fysiek fitte personen) (5).

Beweging is dus niet weg te denken in de behandeling van obesitas, maar men dient ook het juiste bewegingsprogramma te volgen (veilig en effectief). Niet iedere bewegingsvorm is even effectief om de vetmassa te doen dalen (6), en helaas wordt op het internet en via sociale media heel wat onwaarheden de wereld in gestuurd. Bovendien, wanneer obese personen aan het bewegen worden gebracht, lopen zij een verhoogd risico op blessures/overbelastingsletsels en hart –en longafwijkingen tijdens inspanning (7). Daarnaast nemen vele obese personen geneesmiddelen die de inspanning kunnen bemoeilijken of de bewegingsaanpak beïnvloeden (7). Het is daarom erg belangrijk dat voor personen met obesitas bewegingsprogramma’s worden uitgewerkt door gezondheidsmedewerkers met voldoende kennis van geneesmiddelen, ziekteleer, psychologie en inspanningsfysiologie. In België worden kinesitherapeuten hiertoe adequaat opgeleid (zeker de Vlaamse kinesitherapeuten die voor de afstudeerrichting ‘revalidatie in inwendige ziekten’ in hun vijfde jaar van academische opleiding gekozen hebben, en/of navormingsprogramma’s volgen zoals

AXXON vzw, Kwaliteit in Kinesitherapie vzw, Beatrijslaan 39 2050 Antwerpen www.axxon.be – info.nl@axxon.be – Tel. 02/709.70.80 – Fax 03/568.16.36 Ondernemingsnummer: 0822.755.483 BNP Paribas Fortis BE42 0016 0547 1854

KineCoach van AXXON). De Belgische kinesitherapeuten beschikken zelfs over specifieke richtlijnen mbt fysieke training in kinderen (8) en volwassenen (9) met obesitas, direct toepasbaar in de privépraktijken. Meer dan ooit zijn de Belgische kinesitherapeuten dus klaar voor actie in de strijd tegen obesitas.

Bronnen

1. Miller WC, et al. International Journal of Obesity 1997; 21: 941-7

2. Van Hoek E, et al. Childhood Obesity 2014; 10: 448-60

3. Larson-Meyer DE, et al. Medicine and Science in Sports and Exercise 2010; 42: 152-9.

4. Ross R, et al. Journal of Applied Physiology 1996; 81: 2445-55.

5. Myers J, et al., New England Journal of Medicine 2002; 346: 793-801.

6. Hansen D. Exercise therapy in adult individuals with obesity. Nova Science Publishers, New York,

USA, 2013.

7. Vanhees L, et al. European Journal of Preventive Cardiology 2012; 19: 1005-33.

7. Hansen D, et al. Physical Therapy 2015; in press.

8. Hansen D, et al. Physical Therapy 2013; 93; 597-610.