Printversie

Derde meer werknemers in vrije beroep

  • Vrije beroepen samen goed voor 261.742 werknemers
  • 39.180 werkgevers-vrije beroepers
  • 6,6 werknemers per werkgever

Ons land telt vandaag 263.749 zelfstandige beoefenaars van een vrij beroep. Meer dan 1 op 6 daarvan, ofwel 39.180 personen, heeft mensen in dienst. “Elke werkgever-vrije beroeper is dus goed voor 6,6 arbeidsplaatsen”, zegt Jan Sap, secretaris-generaal van de bij UNIZO aangesloten Federatie voor Vrije Beroepen (FVIB). In het afgelopen decennium kwamen er 34,72 procent arbeidsplaatsen bij in het vrije beroep. “Terwijl de negatieve berichten over minder jobs en faillissementen ons om de oren slaan, creëerden de vrije beroepen op tien jaar tijd maar liefst 67.456 extra jobs. Dat is bijna 7.000 jobs per jaar”, aldus FVIB. De grootste stijging deed zich voor in de economische sector (+64,4%). Eén op 2 werknemers bij vrije beroepen werkt in Vlaanderen (139.329 arbeidsplaatsen, ofwel 53,2% van het totaal). Het Brussels Hoofdstedelijk gewest is goed voor 64.961 werknemers (24,8%), Wallonië voor 57.452 werknemers (of 22%). De Federatie ziet verschillende oorzaken voor de toenemende tewerkstelling. In de eerste plaats de lage conjunctuurgevoeligheid, gevolgd door de toename van het aantal associaties. Ook het recent opgerichte Paritair Comité voor Vrije Beroepen, dat werkgevers meer transparantie biedt inzake de loons-en arbeidsvoorwaarden van hun werknemers, is volgens FVIB een verklaring.
 
In de eerste plaats zijn zeker de klassieke vrije beroepen (economische, medische, juridische en bouwkundige) minder conjunctuurgevoelig. Nagenoeg jaar na jaar stijgt de tewerkstelling bij deze sectoren. Logisch, want ook in financieel en economisch moeilijke tijden blijven mensen bij manier van spreken bouwen, trouwen en ziek worden. "Jaar in, jaar uit doen mensen een beroep op de diensten van vrije beroepen", aldus FVIB. Ook de economische beroepen zijn in crisistijden als raadgevers van ondernemers zeker noodzakelijk. Een tweede reden ligt in het feit dat steeds meer vrije beroepen samenwerken. Een grotere praktijk vraagt meer management waardoor vrije beroepen sneller ondersteunend personeel gaan aanwerven, zoals secretariaatsmedewerkers of tandartsassistenten of boekhouders in loondienst.
 
Paritair Comité Vrije Beroepen
Tot voor 2009 bestond – in tegenstelling tot voor bijvoorbeeld de medische sector of notarissen – geen Paritair Comité voor gerechtsdeurwaarders, bedrijfsrevisoren, accountants, landmeters-experten, advocaten en architecten. Werkgevers in die sectoren baseerden zich voor de loons-en arbeidsvoorwaarden op het PC 218 (bedienden) of op andere PC’s. Met de oprichting van het Paritair Comité voor Vrije Beroepen (P 336) kunnen werkgevers terugvallen op een wettelijk kader voor de de loons-en arbeidsvoorwaarden. Volgens FVIB zorgt dat ervoor dat ook meer vrije beroepen personeel durft aan te werven, want “er is transparantie en duidelijkheid over de wederzijdse rechten en plichten”.